Interview met Mirjam Davidson: “Energy hubs gaan er komen, en niet allen als er congestie is”
Mirjam Davidson is een duizendpoot op energiegebied met een heldere visie op de energietransitie en de rol van energy hubs daarin. Op bijeenkomsten viel mij op dat ze energy hubs vanuit een breed toekomstperspectief bekijkt waarin ze de belangen van alle stakeholders meeneemt. Niet zo gek, gezien haar ervaring met het opzetten van energy hubs, waaronder in Veghel.
Visuele weergave van de energy hub in Veghel. Bron: Essent
Je bent op veel manieren actief betrokken bij energy hubs, wat doe je precies?
“Als public affairs adviseur bij Essent breng ik de praktijkervaring op het gebied van waterstof, verduurzaming van bedrijventerreinen, batterij-opslag, netcongestie en groen gas naar de tafels waar hierover nu door overheden en netbeheerders beleid wordt gemaakt. De mensen die in de praktijk met dit beleid te maken krijgen, of het beleid moeten gaan uitvoeren, zitten daar meestal niet aan tafel. Ik probeer hun belangen daar mee te geven. Het liefst vroeg in het proces, want hoe vroeger die belangen meegenomen worden, hoe beter het beleid uiteindelijk zal werken in de praktijk.”
“Vanuit mijn rol ben ik onder andere betrokken bij verschillende bedrijventerreinen die bezig zijn met het opzetten van een energie hub. De ervaring die ik daar opdoe breng ik vervolgens in bij verschillende overleggen waar het beleid voor energy hubs wordt vormgegeven. Denk bijvoorbeeld aan het Landelijk Actieprogramma Netcongestie (LAN), waarin netbeheerders onder andere bespreken hoe de groepstransportovereenkomst (GTO) tussen netbeheerders en energy hubs eruit komt te zien. Ook sluit ik eigenlijk altijd aan bij de bijeenkomsten van de Sustainable Scale-up Foundation (de organisatie waar Energy Scale-up onder valt, red). Daar zijn zowel procesbegeleiders die energy hubs opzetten op bedrijventerreinen aanwezig, alsook netbeheerders en marktpartijen. Samen kijken we naar de belangen van alle partijen en wat er nodig is om energy hubs van de grond te krijgen. Daarin kijk ik vooral vanuit het systeem, wat dat nodig heeft, en wat alle partijen daarin kunnen betekenen.”
“Ik geloof echt dat energy hubs er gaan komen, en niet alleen als er congestie is.”
Je kijkt vanuit het systeem. Hoe zie jij de rol van energy hubs daarin?
“Op dit moment zijn we gewend aan het koperenplaatprincipe: als individu kun je je overal aansluiten op het net en daar is altijd elektriciteit. Maar door de uitfasering van aardgas neemt het elektriciteitsgebruik enorm toe en komt er steeds meer lokale opwek, zoals met zonnepanelen. Hierdoor neemt ook de hoeveelheid transport op het hoogspanningsnet toe, waardoor we de capaciteit van het net overvragen. Om het net te ontlasten krijg je in de toekomst lokale, integrale energiesystemen die zichzelf bedienen. Die lokale systemen ontstaan naast het centrale systeem, zodat er efficiënter gebruik wordt gemaakt van de infrastructuur die er al ligt.”
“Dit is waar de energy hub om de hoek komt kijken. In een energy hub kijk je wat er nodig is op het gebied van energie voor alle gebruikers op een locatie. Vaak zijn dat bedrijventerreinen, maar het kunnen ook woonwijken zijn. Vervolgens kijk je hoe je daar samen het beste invulling aan kunt geven. Daarbij kijk je naar het hele lokale systeem en alle mogelijke energiedragers, zoals warmte-koude systemen, groen gas, elektriciteit en waterstof. Energy hubs worden dus plekken in het systeem waar vraag en opwek van energie lokaal op elkaar afgestemd worden. Het net wordt daarmee zowel lokaal als op hoger niveau ontlast. Daarmee vervullen energie hubs een cruciale rol in de vormgeving van ons nieuwe landelijke energiesysteem.”
Bedoel je dan dat er allemaal losgekoppelde elektriciteitsnetten komen?
“Nee, het zijn niet zozeer losse netjes, want het zit nog steeds vast aan het hoogspanningsnet. Alleen wordt het net binnen de hub op een andere manier beheerd. De energy hub krijgt de vrijheid om opwek en transport te regelen, maar wel binnen de regels en randvoorwaarden die de netbeheerder geeft, omdat de energy hub wel onderdeel uitmaakt van het systeem.”
“De netcapaciteit wordt nu gemiddeld maar voor circa 20% gebruikt.”
Welk voordeel hebben de energy hubs voor het systeem?
“Ze zorgen er vooral voor dat we veel efficiënter omgaat met de bestaande infrastructuur, dus de kabels die er al liggen. De netcapaciteit wordt nu gemiddeld maar voor circa 20% gebruikt. Als je op lokaal niveau de vraag en het aanbod van gebruikers op elkaar afstemt, kun je ook de andere 80% van de kabel benutten. Hierdoor komt er voor weer ruimte om bedrijven te verduurzamen of om een nieuw bedrijf aan te sluiten.”
“Natuurlijk moeten de bedrijven onderling ook goede afspraken maken over hoe ze elkaar gaan helpen. Energy hubs zijn een oplossing om het elektriteitsnet te ontlasten nu er netcongestie is. Maar voor de toekomst is het een oplossing die efficiënter omgaat met de infrastructuur en daardoor goedkoper zal zijn voor de maatschappij. Komend jaar gaan de transportkosten van de netbeheerders heel veel stijgen, en dat moet ook, want het elektriciteitsnet moet uitbereid worden. Maar tegelijkertijd moet je ook kijken waar het anders kan, en dan kijk ik naar energy hubs.”
Wat is de rol van Essent als energieleverancier in dit geheel? Waarom ben jij hiermee bezig?
“Bij Essent zijn we bezig met het verduurzamen van bedrijventerreinen en woonwijken. We hebben natuurlijk veel kennis van het leveren van energie en alles wat daarbij komt kijken: van energietechnieken tot en met de afrekening. Met die kennis kunnen wij bedrijventerreinen en woonwijken ondersteunen bij het creëren van een lokaal, duurzaam en integraal energiesysteem. In mijn ogen is dat een nieuwe rol. Naast de rol van energieleverancier ontstaat de rol van service provider. Dat houdt meerdere dingen in. We kunnen bedrijven in een energy hubs ontzorgen door vraag en afname van energie op elkaar af te stemmen, in assets zoals warmte-koude toepassingen, zonnepanelen of batterijen te investeren, de samenwerking managen en zorgen voor een goede financiële verrekening. Met dat ontzorgen komen ook verantwoordelijkheden. Zoals de verantwoordelijkheid dat de totaal gevraagde transportcapaciteit onder de maximale gecontracteerde transportcapaciteit blijft en de maximale capaciteit van het elektriciteitsstation. Ook heb je dan de verantwoordelijkheid dat alle deelnemers zich aan de afspraken van de groep houden en erop acteren als dit niet gebeurt, om boetes en dergelijke te voorkomen.”
“Wat veel mensen niet weten is dat wij als energieleverancier nu transportprognoses leveren aan de netbeheerder. Dat is een planning op kwartier basis van de hoeveelheid elektriciteit die wij verwachten dat een klant afneemt of levert. Die prognose helpt netbeheerders het verwachte transport van elektriciteit op het net te voorspellen en maatregelen te treffen bij voorziene problemen. Op dit moment zijn we er als gebruiker helemaal niet mee bezig dat deze prognoses voor individuele gebruikers afgegeven worden. In een energy hub zal de groep van gebruikers een heel ander gebruikersprofiel krijgen, doordat alle bedrijven hun gebruik op elkaar afstemmen. Er zal dus iemand nodig zijn die voor de groep de transportprognoses gaat doorgeven aan de netbeheerder. Die rol bestaat nog niet, maar dit zal een belangrijke nieuwe rol worden, naast de congestie services die er nu al zijn.”
Kunnen ook andere partijen de rol van service provider op zich nemen?
“Ja, dat kunnen andere bedrijven ook. Er zijn op dit moment al veel partijen die een deel van deze rol op zich kunnen en willen nemen. Met de verantwoordelijkheden van deze rol komen mijns inziens wel bepaalde plichten. Het is denk ik belangrijk dat deze plichten verder uitgewerkt worden. Dat kan zijn registratie, waar moet je aan voldoen? Wie houdt er toezicht? Zo weten de netbeheerder en de aangeslotenen waar ze aan toe zijn en heeft de netbeheerder een aanspreekpunt. Ook moeten we kijken wanneer de verantwoordelijkheid over het afgeven van prognoses bij de energy hub komt te liggen. Bij twee bedrijven kun je deze verantwoordelijkheden nog niet bij de energy hub neerleggen, maar vanaf een bepaalde omvang van de energy hub in gebruikers of verbruik wordt het wel belangrijk. Al dat soort afspraken moeten nog gemaakt worden.”
“Energy hubs zijn niet alleen een korte-termijnoplossing: ze worden ook ontwikkeld voor de lange termijn”
Wat is volgens jou nu de grootste uitdaging om energy hubs van de grond te krijgen?
“Energy hubs vergen een verandering van denken. Iedereen denkt nog vanuit zijn eigen koker terwijl we als groep moeten gaan denken. Dat we dat niet gewend zijn, zie je terug in het opstellen van een groepstransportovereenkomst (GTO).”
“Voor zowel netbeheerders, bedrijven als het beleid is het anders dan we gewend zijn. Ik merk wel dat alle partijen de voordelen van het samenwerken inzien. Het is goed om dit samen te ontwikkelen omdat een netbeheerder geen baat heeft bij een groeps-TO die niet afgenomen wordt en voor bedrijven is het nieuw en die willen zoveel mogelijk zekerheid. Bedrijven op hun beurt hebben een individuele aansluiting, die met netcongestie nu goud waard is. Voor hen voelt een GTO vaak alsof ze worden beknot in hun individuele aansluiting. Maar uiteindelijk is er voor iedereen juist meer transport mogelijk, omdat je veel efficiënter omgaat met het net en je ruimte creëert door die overige 80% van de kabel te benutten. Er is nu met name discussie over wat er gebeurt met je oorspronkelijke gecontracteerde transport capaciteit als je uitstapt. Bedrijven willen die graag houden maar dat zou betekenen dat netbeheerders deze alsnog moeten reserveren en er dus per saldo niks wordt gewonnen. Een mogelijke oplossing kan zijn dat je een individuele aansluiting omzet in een profielcontract. Dan kun je altijd je profiel meenemen.”
Visuele weergave van een individuele en een groepsaansluiting. Bron: Essent
“Netcongestie geeft urgentie in dit proces, omdat bedrijven en netbeheerders uiteindelijk gewoon klem komen te zitten. Maar je wilt natuurlijk niet dat alleen nieuwe bedrijven moeten leuren om onderdeel van een energy hub te worden. Je wil ook dat bestaande bedrijven er voordeel inzien. Er moet dus nagedacht worden over wat de collective gain voor alle partijen is om mee te doen.”
Wat zie jij nu als die collective gain voor bedrijven?
“Het grootste voordeel voor bedrijven in een energie hub is dat ze de leveringszekerheid van hun bedrijf op orde kunnen houden. Als je die niet hebt dan heeft je bedrijf eigenlijk geen bestaansrecht meer. Door samen te werken en de 80% van de onbenutte transportcapaciteit te gebruiken, kunnen bedrijven in totaal meer stroom van het net afhalen, of terugleveren. Ze moeten het alleen wel meer uitsmeren in de tijd, of regelen dat er op bepaalde tijden lokaal meer energie beschikbaar is door bijvoorbeeld opslag, opwek, of conversie van energie. Daarvoor zijn afspraken nodig: wie heeft wanneer energie nodig en hoe passen we de profielen op elkaar aan? De leveringszekerheid is vaak meer in het geding dan we ons bewust zijn. Want stel dat er een nieuwe woonwijk naast een bedrijventerrein met congestie gebouwd gaat worden, dan heeft het elektriciteitstransport daarnaartoe voorrang en worden de bedrijven mogelijk gekort.”
Een voorbeeld
Twee bedrijven hebben eerst beiden een individuele transportovereenkomst voor 200 kW en krijgen samen onder het GTO het recht om 350 kW af te nemen. Dit lijkt minder, omdat 350 kW dat je ‘piekverbruik’ zou zijn. Maar als deze bedrijven hun profielen op elkaar aansluiten is er geen sprake meer van een piek en heb je veel meer capaciteit tot je beschikking. Denk bijvoorbeeld aan het laden van voertuigen in de nachtelijke uren en laswerkzaamheden overdag. Uiteindelijk krijgen beide bedrijven dus toegang tot meer transportcapaciteit. Het vergt een andere manier van denken. In profielen in plaats van in piekmomenten.
Stel nu dat de bedrijven geen GTO krijgen en beide worden afgeschakeld van 200 kW naar 100 kW. De voertuigen blijken dan opeens nog maar half opgeladen te zijn, omdat de laadpaal maar de helft van de energie kon leveren. Die situatie wil je als bedrijf echt voorkomen.
“Als we naar elektriciteit kijken zou een energy hub op termijn ook financieel voordeel moeten opleveren. Want door een kabel die eerst maar voor 20% gebruikt werd voor 80% te gaan gebruiken en bovendien lokale vraag en aanbod op elkaar af te stemmen, gaan de transportkosten omlaag en zijn er minder investeringen nodig op termijn. Hoeveel dat zal zijn, durf ik niet te zeggen. Maar bedrijven hebben hier zelf al wel ideeën over. Bijvoorbeeld om de profielen die noodzakelijk op een bepaalde tijd gezet moeten worden (bijvoorbeeld het laden van vrachtwagens) meer te laten betalen dan de partijen die een flexibel profiel hebben. Dit zijn eerste ideeën en ik krijg er echt energie van als ik zie hoe enthousiast bedrijven meedenken.”
“Als je verder kijkt dan elektriciteit dan is er voor bedrijven nog een voordeel. Met de energy hub krijgen ze namelijk zelf sturing over het type energiedragers dat ze gaan gebruiken. Alle grote bedrijven maken nu nog gebruik van fossiel gas, in de komende jaren zullen die over moeten stappen op een alternatief. Welke energiedrager het prettigst is, verschilt per soort bedrijf. Is dat warmte? Groengas? Waterstof? Elektriciteit? Die overstap is best wel spannend voor bedrijven, want het is nieuw. Als bedrijf wil je de leveringszekerheid op orde houden en het mag ook niet zo duur zijn dat je uit de markt geprijsd wordt. Die balans is voor een bedrijf heel belangrijk. Met een energie hub hou je zelf met het collectief grip op die transitie.”
Zijn bedrijven zich voldoende bewust van de risico’s rondom leveringszekerheid?
“Ja en nee, bedrijventerreinen die nu last hebben van netcongestie zijn zich hier zeker van bewust. En grote bedrijven die veel fossiel gas gebruiken voelen nu echt de hete adem van het Emission Trading System dat hen verplicht steeds meer te betalen voor broeikasgasemissies en hen dwingt om te verduurzamen. Zij voorzien problemen met elektrificatie en dus de risico’s rondom leveringszekerheid. Bedrijven met een aansluiting zonder netcongestieproblemen daarentegen, zijn zich vaak nog niet zo bewust van de risico’s voor leveringszekerheid.”
Is het volgens jou terecht dat er zo vaak naar elektriciteit gekeken wordt als duurzaam alternatief voor fossiele brandstoffen?
“Dat is een afweging die per case gemaakt moet worden. Wel zie ik dat investeringsbeslissingen snel leiden tot een voorkeur voor elektrische oplossingen. Voor een gemeente die een woonwijk wil ontwikkelen is het veel makkelijker om te kiezen voor warmtepompen dan een warmtenet. Het maakt de huizen goedkoper, terwijl de gemeente zelf geen lange termijn investering hoeft te doen, zoals dat bij een warmtenet wel het geval is. Op de lange termijn is een warmtenet misschien wel efficiënter, duurzamer en goedkoper. Maar een gemeenteraad zit maar 4 jaar, dat maakt het best lastig om beslissingen integraal af te wegen.”
“Techniek is ondersteunend, de afspraken zijn het bestaansrecht van het collectief.”
Je bent betrokken bij de verduurzaming en het opstarten van een energy hub op een bedrijventerrein in Veghel, hoe gaat dat?
“Veghel is een mooi voorbeeld van de integrale aanpak die we ook bij andere bedrijventerreinen toepassen. Het is een heel groot bedrijventerrein waar je niet ineens alle systemen kunt omgooien. Het proces hebben we in fases geknipt.“
Overzicht van fases voor de energie hub in Veghel. Bron: Essent
“Eerst is het nodig dat de bedrijven op een bedrijventerrein zichzelf organiseren. Dat er op een bedrijventerrein een overkoepelende organisatie komt. En dat de bedrijven er vertrouwen in hebben dat deze overkoepelende organisatie ze gaat helpen bij het opzetten van een energy hub en als aanspreekpunt kan fungeren. Bij Veghel neemt de provinciale ontwikkelmaatschappij (POM) deze rol op zich. Voor kleinere bedrijventerreinen is deze organisatie er vaak nog niet. Mijns inziens zouden er financiële middelen beschikbaar moeten komen om dergelijke organisaties op te starten.”
“Daarna komt de verkenningsfase, waarin we in kaart brengen wat er nu is en wat er in de toekomst nodig zal zijn. We hebben de vragen gesteld: wat is het verbruik als er van die energiedragers gebruik wordt gemaakt? En van die andere? Ook halen we op waar in de toekomst behoefte aan is. Dat eindigt met een verkenning van wat er mogelijk gaat zijn. Wat zouden mogelijke oplossingsrichtingen en scenario’s zijn en in welke fases zou je dat kunnen implementeren? Vanuit de brede visie die uit die analyse komt gaan we in Veghel nu beginnen met twee bedrijven. Van daaruit kunnen we verder uitbreiden.”
Visuele weergave van de toekomstige energiebehoefte op het bedrijventerrein in Veghel. Bron: Essent
“In Veghel doorlopen we dit proces samen met Kuipers en Brink. Brink doet de consultancy, Kuipers de berekeningen en wat wij als Essent doen is eigenlijk het investeren in de assets die nodig zijn zoals extra zonnepanelen of een batterij. Ook zorgen wij ervoor dat de opwek en afname goed op elkaar afgestemd worden en dat we de afrekening met bedrijven goed doen.”
“We gaan nu de volgende fase in en dat betekent dat we gaan kijken naar de nettypologie. Het bedrijventerrein in Veghel is groot, is er sprake van één hub of moeten er meerdere hubs gevormd worden? De bedrijven zijn bereid om mee te werken en te denken. Dat is heel belangrijk: zij weten het beste hoe hun bedrijf werkt en hoe ze elkaar willen gaan helpen met energie. Dit vertrouwen helpt om een collectief te vormen en anders te gaan denken. Maar ook om straks afspraken te maken om het collectief te laten functioneren. Techniek is ondersteunend, de afspraken zijn het bestaansrecht van het collectief.”
Je wilt dus uitbreiden van twee bedrijven naar een steeds grotere energy hub. Wat betekent dit voor de contracten?
“Dat is precies waar we nu staan en voor ons op dit moment ook een zoektocht. Zowel het contract tussen de bedrijven onderling als de GTO met de netbeheerder bestaan nog niet. Doordat ik in Veghel midden in de praktijk sta, haal ik heel veel inzichten op over de vraag: wat zijn nu de dingen die je af wil spreken binnen je groep van bedrijven en welke dingen wil je afspreken met de netbeheerder? Als het dadelijk loopt kunnen we in de praktijk pas echt zien waar we tegenaan lopen en wat we nog verder moeten door ontwikkelen.”
Waar hoop je over een jaar te staan?
Ik hoop eigenlijk dat door de integrale aanpak in Veghel, andere bedrijventerreinen ook integraal gaan denken, en dus verder kijken dan netcongestie en elektriciteit alleen. En dat er een versnelling komt in de verduurzaming van bedrijventerreinen. Dat we heel veel bedrijventerreinen kunnen gaan helpen. Dat er dus geen paniek ontstaat omdat er niet meer uitbereid kan worden, maar dat bedrijventerreinen de nieuwe manier van denken, waarin je het samen doet, omarmen en zeggen: “Help ons, we hebben nu last van netcongestie en willen verduurzamen. Wat is er integraal mogelijk?”
“Oké jongens, ik snap dat er nu paniek is en dat er pleisters geplakt moeten worden, maar dat is niet de toekomst”
Wat zie jij als de rol van het LAN in dit hele proces?
“Ik ben alleen bij het deel over energy hubs en bedrijventerreinen betrokken. Daar merk ik dat de gesprekken ingestoken zijn vanuit de netbeheerder en gericht op het oplossen van netcongestie. Wat ik steeds terugleg is: “Oké jongens, ik snap dat er nu paniek is en dat er pleisters geplakt moeten worden, maar dat is niet de toekomst. Dus kijk verder en bedenk: waar willen we nu naartoe?”
“Ik zie dit nu ook echt steeds meer gebeuren. Samenwerkingen worden gezocht, het Ministerie van Economische Zaken praat met alle partijen om beleid en subsidies zo goed en efficient mogelijk in te zetten. Netbeheerders betrekken bedrijven en experts om te praten over de ontwikkeling van een Groeps-TO. RVO die veel met bedrijven praat om een routekaart te maken. Mijn oproep is vooral: maak gebruik van de kennis die er al is en beperk je niet tot pilots. Kijk naar andere bedrijventerreinen die bezig zijn en jullie bij de Energy Scale-up die heel veel kennis hebben, enzovoort.”
“De belangen die vasthangen aan leveringszekerheid zijn zo groot dat bedrijven niet 1,2,3 mee gaan in een nieuw verhaal”
Hoe is het voor jou om daar als integraal en progressief denkende tussen te zitten?
‘Ik vind het heel leuk en het is ook hard werken. Ik heb heel lang bij een netbeheerder gewerkt en weet hoe de verschillende zuilen werken. Wat ik probeer is iedereen ervan bewust te maken zich ook in de andere positie in te leven. Dus dat de netbeheerder ook gaat denken over waarom je als bedrijf zou instappen, wat het aantrekkelijk maakt voor hen. Je moet tot elkaar komen om te bedenken hoe je dit gaat organiseren. Dat vind ik heel leuk, die verschillende perspectieven aan elkaar koppelen.”
Je hebt het vorige interview met Enzo Diependaal gelezen, ik ben heel benieuwd wat je vind van zijn kijk op energy hubs?
“Laat ik het vooropstellen dat ik het heel goed vind dat er dit soort initiatieven ontstaan, want die zijn gewoon hard nodig. Waar Enzo netcongestie als een korte termijn probleem ziet wat je tijdelijk op kunt lossen met een energy hub, zie ik energy hubs echt als een lange termijn oplossing. Ik geloof echt dat energy hubs er gaan komen, en niet alleen als er congestie is. Ik denk dat dit de nieuw toekomst is en dat je dan dus ook rekening moet gaan houden met opschaling, andere rollen die ontstaan en andere plichten. Zolang de aanpak kleinschalig is kun je met allerlei kleine partijen werken. Maar ik denk dat dit veel grootschaliger wordt en je een overkoepelende samenwerkende kracht nodig hebt die alles bij elkaar brengt om EZK en de netbeheerder het vertrouwen te geven dat het goed gaat. Misschien hebben we grote verbindende speler nu al wel nodig, want er zijn al heel veel dingen gebeurd op allerlei losse onderdeeltjes, maar die zijn nog niet bij elkaar gebracht. Ik zou trouwens graag met Enzo samen willen werken om onze krachten te bundelen.”
“Er is een heel veel kennis, en dat bij elkaar brengen is heel leuk”
Tot slot, waar mogen mensen jou voor bellen?
“Aan de ene kant: elk bedrijventerrein dat wil verduurzamen. Terreinen die opzoek zijn naar een oplossing niet alleen voor elektriciteit, maar echt voor de lange termijn duurzaam en integraal. Als die terreinen georganiseerd zijn mogen ze bellen en dan wil ik ze graag helpen. Ook als ze nog niet georganiseerd zijn, trouwens. Maar er moet wel een intrinsieke motivatie zijn om te verduurzamen. En aan de andere kant: iedere creatieve en technische denker die een oplossing ziet voor het toekomstige systeem waar we in de praktijk wat aan hebben of waar nog niemand aan gedacht heeft. Mensen die houden van verandering een bestaande ideeën kunnen loslaten om een nieuw energiesysteem te ontwikkelen.”